Alles voor nóg betere bochten op de langebaan

In dit artikel:

Shorttrack wordt steeds vaker ingezet als aanvullende training voor langebaanschaatsers omdat het snelle technische feedback en andere prikkels geeft. Wereldkampioene op de 500 m langebaan Femke Kok vertelt dat ze als jong talent in het Gewest Friesland al kennismakingen had met shorttrack en dat de kortebochtentrainingen haar dit seizoen opnieuw goed bevallen: “een andere prikkel” die direct straft wanneer techniek niet klopt. Afgelopen week trainde zij samen met Kjeld Nuis onder leiding van Philip Brojaka, assistent-coach bij KNSB’s Wadro KTT Noord en voormalig shorttracker.

De Reggeborgh-ploeg introduceerde vorig seizoen voor het eerst reguliere shorttrackuurtjes in de voorbereiding. Het initiatief kwam mede van Jenning de Boo, oud‑juniorenwereldkampioen shorttrack; zijn komst vergrootte de aantrekkingskracht om iets nieuws te proberen in de winteropbouw. Brojaka pleit er openlijk voor om shorttrack en langebaan structureel te combineren, zowel bij topsporters als bij jeugd, omdat het bochtenwerk, de druk op de benen en de technische feedback wezenlijk anders zijn en zo langebaanvaardigheden kan aanscherpen.

Als argument haalt hij voorbeelden aan uit de praktijk: Shani Davis keerde terug naar shorttrack om het goede gevoel te vinden, en in Zuid‑Korea trainen langebaanrijders soms vaker op het shorttrackijs. Kok bewondert De Boo’s behendigheid en erkent dat sommige vaardigheden lastig zijn te kopiëren zonder jaren ervaring, maar vindt de sessies leerzaam en plezierig. Conclusie: shorttrack fungeert steeds vaker als effectieve, complementaire leerschool voor langebaanschaatsers.