Eerherstel sleutelwoord voor Nederlanders op de ploegachtervolging
In dit artikel:
Een week na teleurstellende optredens in Salt Lake City lieten de Nederlandse teams in Calgary zien dat de ploegachtervolging wél behoort tot hun sterktes: de vrouwen pakten goud, de mannen brons, en daarmee kwam zichtbaar eerherstel. De zege van de vrouwen kwam vooral dankzij de terugkeer van Marijke Groenewoud, die het trio met Joy Beune en Antoinette Rijpma-De Jong weer compleet maakte. Nederland klokte 2.52,52; alleen Canada kwam dicht in de buurt en bleef uiteindelijk 0,16 seconde achter. Beune noemde het verschil klein en stelde dat de winst vertrouwen geeft.
De eerdere slechte klasseringen in Salt Lake — waar de vrouwen vijfde werden en de mannen zesde — wekten zorgen over het handhaven van het maximale aantal olympische startplaatsen, omdat een top-6 in de wereldbeker belangrijk is voor Olympic qualifying. In Salt Lake had invaller Elisa Dul niet het gewenste niveau gehaald, wat leidde tot kritiek en de beslissing Groenewoud weer op te stellen in Calgary.
Bij de mannen was er eveneens herstel na een slechte race met invaller Tjerk de Boer in Salt Lake. Bondscoach Rintje Ritsma had aanvankelijk kritiek geuit op interne afrekeningen binnen het team, maar in Calgary lieten Chris Huizinga, Beau Snellink en Marcel Bosker een sterke race zien (3.38,65). Huizinga draaide met name sterke middenronden en verbeterde zijn rol duidelijk ten opzichte van een week eerder. De Fransen waren ongeveer zes tienden sneller; de Amerikanen wonnen met een baanrecord van 3.35,34. Bosker wees erop dat vlak voor hun rit het ijs was gedweild, wat hen mogelijk iets kostte.
Concluderend: Calgary bracht Nederland niet alleen medailles maar ook broodnodige punten en hernieuwd vertrouwen richting de Olympische kwalificaties. De vrouwen lijken verzekerd van een olympische startplaats; de mannen pakten belangrijke punten en willen verder opbouwen, met ruimte voor verbetering in de openings- en slotrondes.