Peder Kongshaug haalt uit naar ISU

In dit artikel:

Peder Kongshaug, 24-jarige wereldkampioen op de 1500 meter, uit forse kritiek op de internationale schaatsbond ISU. In een interview met de Noorse omroep NRK zegt hij dat hij in de jaarrekeningen dook en concludeerde dat veel geld naar salarissen en congressen gaat, terwijl het prijzengeld voor schaatsers al jaren nagenoeg gelijk blijft. Volgens Kongshaug sterft de sport daardoor langzaam: “genoeg is genoeg.”

Kongshaug wijst op verhoudingen: vorig seizoen verdiende hij ongeveer 300.000 Noorse kronen (ruim €25.000) aan prijzengeld, terwijl de ISU volgens hem een vermogen van meer dan €200 miljoen heeft en per medewerker veel hogere salarissen uitkeert. De Noorse meerkampkampioen Ragne Wiklund sluit aan en noemt het prijzengeld demotiverend en onvoldoende als inkomen na belasting.

Kongshaug legde zijn zorgen voor tijdens een atletenbijeenkomst, maar voelde zich daar niet echt gehoord. Douwe de Vries, voorzitter van de ISU-atletencommissie, waardeert de kritiek wel en erkent dat atleten de besluitvorming vaak niet van dichtbij meemaken. De Vries legt uit dat de ISU probeert te investeren om dalende populariteit (onder andere van kunstschaatsen) en veranderingen in het medialandschap tegen te gaan; dat vergt professionalisering en dus hogere personeelskosten.

ISU-president Jae Youl Kim reageert dat de reserves worden ingezet voor investeringen die op termijn meer aandacht, mediawaarde en commerciële inkomsten moeten opleveren, waarna die opbrengsten ook bij atleten terecht moeten komen. Hij kondigt aan dat congressen goedkoper georganiseerd zullen worden en dat vaker digitaal vergaderd zal worden om kosten te drukken.

Kern van de controverse is dus een meningsverschil over korte- versus langetermijnbeleid: Kongshaug wil dat meer directe opbrengsten naar sporters gaan nu het prijzengeld laag voelt, terwijl bestuurders beweren dat grotere investeringen nu nodig zijn om de sport toekomstbestendig en commercieel aantrekkelijker te maken.