Sabbatical opzij voor het Belgisch schaatsen
In dit artikel:
Hessel Evertse (61), jarenlang technisch directeur in de Nederlandse watersport (zeilen en roeien) met een erfenis van circa 25 (para-)olympische medailles, is in oktober in dienst getreden bij de Vlaamse Schaatsunie. Hij brak zijn sabbatical voortijdig af om in België de organisatie en prestaties van de schaatssport te professionaliseren. Zijn doel is concreet: bij de komende Winterspelen minimaal tien top‑8‑plaatsen voor Belgische schaatsers realiseren, en tegelijk werken aan een stevig vierjarenplan richting 2030 en 2034.
Evertse brengt ervaring uit twee zeer succesvolle periodes in Nederland mee en wil die systematiek ook in België toepassen: duidelijke doelstellingen, directe besluitvorming en fulltime begeleiding voor atleten. Tijdens zijn verkenning merkte hij sterke versnippering op — sporters die verschillende plekken en vergoedingen kregen — en ziet hij als eerste opdracht die versnippering te beëindigen zodat iedereen heldere, eerlijke en volwaardige ondersteuning krijgt. Tegelijk wil hij rust en ruimte bieden aan ervaren toppers zoals Bart Swings en Loena Hendrickx, zodat zij ongestoord kunnen voorbereiden op Milaan.
Praktisch valt Evertse op dat de infrastructuur en het aantal schaatsers in België klein zijn (ongeveer 3.500 kunstschaatsers, ~400 shorttrackers en minder dan honderd langebaanschaatsers). Hij pleit voor keuzes: investeer waar het meeste rendement te halen is en creëer binnenlandse bases zodat atleten niet structureel afhankelijk zijn van buitenlandse trainingslocaties. Hij signaleert ook dat shorttrackers als de gebroeders Desmet sterke sparringpartners missen en dat gerichte internationale rivaliteit (bijvoorbeeld met Nederland en Canada) nodig is om vooruitgang te boeken.
Evertse prijst de lokale betrokkenheid — professionals, parttimers en vrijwilligers — en noemt voorbeelden van grote inzet met minimale middelen. Tegelijk wil hij een bedrijfsplan en een team samenstellen op basis van meetbare doelen: wie past in het programma sluit aan, wie niet, doet niet mee. Als voorbeeld noemt hij de ploegaanpak: wil je winnen in ploegenachtervolging, dan train je daar expliciet op; anders stop je ermee en richt je je op andere disciplines.
Daarnaast is er politieke aandacht: een delegatie van 24 lokale ambtenaren bezoekt toernooien om mogelijkheden te onderzoeken voor concentratie van kunstschaatsen en shorttrack op één plek. Evertse focust op lange termijn opbouw met heldere prioriteiten en resultaatgerichte keuzes, geïnspireerd door zijn eerdere succesformules in Nederland.