'Schaatsen is bij de Lekstreek als zwemmen: dat moet je kunnen'
In dit artikel:
STV Lekstreek stond zaterdag met open vizier op het NK Clubs: een hechte Zuid‑Hollandse vereniging die vorige week haar zestigste verjaardag vierde en waarvan de clubliefde het evenement kleurde. Op het middenterrein wisselden junioren en senioren elkaar af; de jeugd reed ’s ochtends, de oudere categorieën in de middag. De deelnemerslijst varieerde van talentvolle junioren en marathonschaatsers tot topschaatser Patrick Roest, maar allen delen dezelfde verbondenheid met de club.
De vereniging bestrijkt dorpen als Bergambacht, Ammerstol, Haastrecht, Vlist en Lekkerkerk en ziet schaatsen als familiezaak: ouders leerden elkaar vaak bij de club en geven de passie door aan hun kinderen. Voor veel leden is het jaarlijkse clubkamp in Inzell een hoogtepunt — een mix van intens trainen, fietsen en uitgelaten sfeer in kroeg Rappelkiste. Junioren Peter (16) en Maren (14) de Bruin, opgegroeid als ‘Lekstreekbaby’s’, noemen het NK Clubs “de leukste wedstrijd van het jaar”: gezellig, maar ook serieus omdat je voor je club wilt presteren. Daan van Zwienen (19) en marathonschaatster Iris Mulder (22) illustreren hoe vroeg gezinstradities en kampen het clubgevoel versterken; Mulder reist zelfs direct na marathonwedstrijden om Inzell niet te missen.
Oud‑trainer Wim van Duuren (78) herinnert aan de tijd van natuurijs en ziet hoe schaatsen nog altijd cultureel verankerd is in de regio, ondanks dat warmere winters natuurlijke ijsperiodes schaarser maken. Die historische basis verklaart ook waarom STV Lekstreek veel sprinters voortbracht: kortebaancompetities op lokale ijsbanen dienden als kweekvijver. Pim Stuij (21) is een voorbeeld; hij maakte recent de stap naar Team Staan – CTS GROUP, geleid door Ian Steen en oud‑topper Hein Otterspeer, en voelt de band met zijn oude club nog sterk, zowel in Thialf als tijdens trainingsbezoeken.
Patrick Roest illustreert de wederkerigheid tussen club en atleet: tijdens de coronajaren stuurde de vereniging een vlag naar het olympisch dorp in Beijing via NOC*NSF, een zichtbaar teken van support toen supporters niet mee konden reizen. Op het NK Clubs won Roest de 3 km in 3.40,51 en droeg zo bij aan de prestaties van de ploeg; Lekstreek eindigde als vijfde. Teammanager Natasja Roest blikte tevreden terug: het was een leuke dag waarin veel persoonlijke records werden geschaatst, zelfs door rijders die die dag voor het eerst op het ijs stonden.
Samengevat: STV Lekstreek toont hoe een regionale schaatsclub traditie, sociale binding en talentontwikkeling combineert — een gemeenschap die, ondanks veranderende weersomstandigheden, het schaatsen van generatie op generatie levend houdt.